Commissie Omgeving

Het woord wordt gevoerd door de heer Van Maldegem (PvdA), de heer Van den Hoonaard en wethouder Van Eekelen.

In reactie op vragen en opmerkingen antwoordt wethouder Van Eekelen dat de Wet gemeenschappelijke regelingen voldoende waarborgen bevat om te voorkomen dat de omgevingsdienst de bevoegdheid voor een ander doel gebruikt dan waarvoor het bedoeld is. Bovendien heeft de provincie als toezichthouder daar ook een rol in.

Het woord wordt gevoerd door de heer Willemse-Jacobson (PvdA), mevrouw Reijnders-van Weers (GroenLinks), de heer Bregman (CU-SGP), de heer Jorissen (D66), de heer Van Duffelen (CDA), de heer Brans (VVD), mevrouw Duijvestijn-van Leusden (GBLV), de heer Dupont (CDA), mevrouw Velù (GBLV), mevrouw Dominicus (GroenLinks), mevrouw Kortman-de Wit (VVD) en wethouder Rouwendal.

De heer Willemsen-Jacobson en anderen kondigen de motie Concrete invulling plannen sociale woningbouw aan. In de motie wordt het college verzocht om:
• In de begroting 2020 het benodigde budget voor het uitwerken van de nieuwe business case sociale woningbouw te reserveren;
• Voor de zomer van 2020 de raad op basis van de business case te informeren over de concrete invulling van het plan om 750 sociale woningen te realiseren.

De heer Van Duffelen en anderen kondigen de motie maatregelen tegen scheefwonen aan. In de motie wordt het college verzocht om:
• Kwantitatief inzichtelijk te maken in welke mate scheefwonen voorkomt in onze gemeente;
• in overleg met woningcorporaties concrete aanvullende maatregelen te presenteren om scheefwonen tegen te gaan, zodat sociale huurwoningen beschikbaar blijven en komen voor mensen met een laag inkomen;
• De raad over de voorgenomen maatregelen te informeren voordat de landelijke aanpak in werking treed.

De heer Brans en anderen kondigen de motie betaalbare woningen voor starters en senioren aan. In de motie wordt het college verzocht om:
• naast 30% sociale huurwoningen in te zetten op het bouwen van meer betaalbare huur en koopwoningen in het middensegment.
• Een business case bij het Rijk in te dienen voor bouwplannen gericht op betaalbare woningen voor starters en ouderen;
• Zodra de exacte voorwaarden van het nationale woningbouwfonds bekend zijn, de raad te informeren over de ingediende business case.

In reactie op vragen en opmerkingen antwoordt wethouder Rouwendal dat de 30% norm geldt voor particuliere ontwikkelaars, want corporaties bouwen 100% sociale woningen. Particuliere projectontwikkelaars kunnen afwijken van de 30%-norm, als zij de business case niet rond krijgen. De beleidsregel is, dat de ontwikkelaar dat onderbouwd moet aantonen en een storting moet doen in het vereveningsfonds. Hij geeft aan dat het Vereveningsfonds op dit moment nog leeg is. Hij ziet geen risico dat straks het fonds vol is maar geen ruimte voor het bouwen van sociale huurwoningen, omdat er nog locaties zijn waar kan worden gebouwd. Verder zegt hij dat de gemeente geen beleid om te bouwen voor specifieke doelgroepen.

Wethouder Rouwendal zegt toe:

• een presentatie te organiseren over het Vereveningsfonds in de Beeldvormende raad.

Wethouder Rouwendal zegt de motie Concrete invulling plannen sociale woningbouw uit te kunnen voeren.